De dahliaknollen zitten ondertussen anderhalve maand in de grond en ze groeien voorspoedig. Nu de meesten bloemen een dusdanige grootte hebben bereikt, kan het schoffelen beginnen. Ook zijn alle veldploegen druk bezig met het geven van voldoende water aan de dahlia’s. Terwijl over een paar weken alweer de heggenschaar of kniptang uit de schuur gehaald wordt; alle planten moeten dan namelijk gekopt worden. Kortom, het zijn drukke weken op de bloemenvelden van Sint Jansklooster. Namens corsogroep Hebbes kunnen Alfred Boes en Richard van der Linde daarover meepraten.
Bij zijn corsogroep heeft Alfred de taak om het bloemenveld in bedwang te houden. Hierbij krijgt hij begeleiding en advies van Richard van der Linde, bloemencommissielid van Corso Sint Jansklooster. Het bloemenland waar Hebbes gebruik van maakt, is verdeeld in drie stukken. Ook de corsogroepen Symboliek en Kluitenberg hebben hier hun bloemenveld. Het bevalt Hebbes goed, want op deze manier kan er onderling samengewerkt worden. “Het werkt goed, we helpen elkaar waar nodig en iedereen draagt de zorg over zijn eigen gedeelte”, vertelt Alfred. “Richard begeleidt het daarnaast allemaal.”
Schoffelen
Over een week of drie verwachten Alfred en Richard de eerste dahlia’s te kunnen verwelkomen. Normaal gesproken was dit al eerder geweest, maar door het wat koudere weer zijn de dahliaknollen wat later in gang geschoten. Richard: “Niet elke soort dahlia groeit even hard. De oranje dahlia’s doen het bijvoorbeeld slecht, dus met schoffelen is het echt oppassen. Hij is namelijk nog niet sterk genoeg en je schoffelt hem zo omver. De andere soorten groeien wel voorspoedig gelukkig.” Daarom is dit het moment dat ze bij Hebbes beginnen met schoffelen. Alfred: “Ongeveer één keer in de week gaan we de komende vier á vijf weken met een paar man erlangs en dan is het goed. Na die paar weken zijn ze namelijk sterk genoeg en is het niet per se meer nodig.”
Koppen
Over drie weken verschijnen dus de eerste dahlia’s, al zullen de meeste knoppen nooit de kans krijgen om tot bloei te komen, aldus Richard. “De heggenschaar of kniptang gaat erover en dan is alles weer kort.” Het koppen van de bloemen heeft alles te maken met rendement. “Je knipt of zaagt hem af waardoor de plant weer nieuwe energie moet gaan pakken om te groeien van onderuit. Dit zorgt ervoor dat de bloem niet in de lengte maar in de breedte groeit”, vertelt Alfred. “Er komt dus meer plant uit en dat betekent meer knoppen, dus meer dahlia’s. Als je hem gewoon laat lopen, dan schiet de plant de lucht in. Maar daar hebben wij niks aan. Als corsogroep wil je rendement en geld halen uit je bloemenveld en daarvoor heb je vooral veel bloemen nodig.”
Pieken
Richard vindt dat het koppen ook gewoon noodzaak is. “Anders heb je simpelweg gewoon te vroeg bloemen en daar kan je niks mee. Daarom koppen wij ze precies zes weken voor ons eigen corso, want dan staan ze weer in bloei zo rond de derde week van augustus.” De echte piek in bloemen ligt echter na het eigen corso, maar dit is helemaal niet erg zegt Alfred. “Dat is weer goed voor het rendement hè: hoe meer bloemen we leveren aan andere corso’s, hoe meer geld het oplevert voor onze eigen corsogroep.”
Tijd, liefde en aandacht
Alfred en Richard hopen dit jaar zo’n 150 á 160 duizend bloemen van het veld te halen. Of dat lukt hangt af van hoe je met het veld en de planten omgaat. Alfred: “Ik zeg altijd maar: een bloemenveld moet je behandelen als je partner. Tijd, liefde en aandacht zijn noodzakelijk. Richard heeft altijd een goede planning en we rijden er om de dag even langs om te kijken of er wat gebeuren moet.” Richard haakt in. “Als je het allemaal goed in de gaten houdt en je reageert op tijd op de dingen die je ziet, dan komt het wel goed.” Alfred weer: “Je moet er gewoon kort op zitten en meteen reageren als je wat ziet. Niet wachten op de regen, want er bestaat altijd een kans dat het toch niet valt. Als je dat goed doet, dan komt het helemaal goed met de dahlia’s.”
Druppelirrigatie
Het bewateren van de bloemen is ook een belangrijk onderdeel van het onderhoud. Zon en water zijn ook voor de dahlia essentieel. Maar ook weer niet te veel water. Daarom heeft corsogroep Hebbes sinds dit jaar een nieuwe manier van bewateren, druppelirrigatie: “Het is natuurlijk geen nieuwe methode, maar voor ons wel”, vertelt Alfred. “Normaal gesproken sproeiden we het veld, maar eigenlijk verspil je daar veel te veel water mee. Veel blijft namelijk in het blad zitten of het verdampt.” Richard vertelt dat Hebbes waarschijnlijk de helft minder water gaat gebruiken. Daarnaast zal het water gelijkmatiger worden verdeeld, want overal zal dezelfde hoeveelheid water komen. Iets wat met een sproeier bijna niet mogelijk is.
“Ook zullen we geen last meer hebben van ‘roest’ op de bloemen”, vertelt Richard. “Om dit te voorkomen moesten we sproeien als we net geplukt hadden, want dan hielden de bloemen er de minste schade aan over. Als je namelijk gaat sproeien als alle bloemen er nog aanzitten, worden ze geel. Nu maakt het niet meer uit, want het water komt niet op de bloemen zelf.” Alfred: “Eigenlijk ziet Hebbes dus alleen maar voordelen aan deze, voor ons, nieuwe manier van bewateren.”